De ontwikkeling en groei van het lichaam van het veulen en jonge paard hebben invloed op de prestaties die het paard op volwassen leeftijd levert. De meest beïnvloedende factor voor de lichamelijke ontwikkeling zijn de genen van het paard. Echter, hebben nutriënten afkomstig van de voeding ook invloed op de ontwikkeling en groei van het lichaam 1. Een gebalanceerd dieet ondersteund de groei en ontwikkeling en voorkomt daarmee orthopedische problemen, veroorzaakt door een tekort of overschot aan nutriënten, wat invloed heeft op het welzijn van het paard 2.
Tijdens de eerste maanden krijgt het veulen de nodige nutriënten binnen via de melk van de merrie. De eerste voeding die het veulen ontvangt, na de geboorte, is de biest van de merrie. Biest bevat energie, nutriënten en componenten die van belang zijn voor de opbouw van het immuunsysteem van het veulen om zich te weren tegen mogelijke ziektekiemen 3. Het is van belang dat het veulen zo snel mogelijk na de geboorte de biest opneemt omdat de stofwisseling in het lichaam hoog is maar het veulen geen lichamelijke reserves heeft om het lichaam te voorzien van energie 4. Daarnaast is de periode waarin de merrie biest produceert kort en veranderd de compositie van de biest binnen 12 uur na de geboorte van het veulen 3.
| "Nutriënten uit de voeding hebben ook invloed op de ontwikkeling en groei van het lichaam."
Binnen de eerste dertig dagen na de geboorte, komen veulens tussen de 1,3 en 1,5 kg/dag aan in lichaamsgewicht 5. Energie vanuit de voeding is van belang voor het onderhoud van het lichaam en het gewicht, daarnaast biedt energie ook ondersteuning bij de groei van het lichaam 6. Aminozuren, afkomstig van eiwitten uit de voeding, zijn de belangrijkste bouwstenen voor de ontwikkeling en groei van het veulen 6. Eiwitten zijn bijvoorbeeld van belang voor de vorming van collageen, een belangrijk component voor de ontwikkeling van gewrichten en voor enzymen die nodig zijn voor de ontwikkeling van lichaamsweefsels 6. De mineralen en sporen elementen calcium, fosfor koper, zink, mangaan en de vitaminen A, D en E zijn voornamelijk van belang voor de ontwikkeling van de botten en gewrichten 6.
Wanneer het veulen ongeveer twee maanden oud is voldoet alleen de melk van de merrie niet aan de nutriënt en energie behoefte van het veulen. Studies tonen aan dat wanneer het veulen ongeveer 2 maanden oud is de ruwvoer opname toeneemt en de opname van de melk van de merrie afneemt 7. Hierdoor is de darmflora rond de 2 maanden in staat om vezels vanuit het ruwvoer om te zetten tot vluchtige vetzuren die het lichaam voorzien van energie 7,8.
Om het veulen te voorzien van de juiste hoeveelheid eiwitten, energie, vitaminen en mineralen kan het dieet worden aangevuld met een veulenbrok, speciaal geformuleerd ter ondersteuning van de groei en ontwikkeling van het lichaam. Daarnaast is het ook van belang dat het veulen beschikking heeft tot voldoende ruwvoer 9.
Krachtvoer moet geleidelijk aan het veulen geïntroduceerd worden om te snelle groeispurten te voorkomen 3. Wanneer het veulen te snel te veel krachtvoer aangeboden krijgt en de hoeveelheid energie en eiwitten uit de voeding de behoefte overschrijdt, kan dit resulteren in snelle groeispurten die invloed kunnen hebben op de ontwikkeling van de botten wat kan leiden tot orthopedische ontwikkelingsziektes 3,10. Echter, heeft een tekort aan nutriënten ook invloed op de groei en ontwikkeling van het lichaam 3. Het wordt daarom geadviseerd om de body condition score van het veulen met regelmaat te beoordelen. De BCS kan worden gebruikt als tool om de hoeveelheid beschikbare energie uit het voer te monitoren, hierop kan het dieet worden aangepast bij overtollig of tekort aan energie vanuit het voer 3.
Wanneer het veulen rond de 6 maanden oud is, kan het worden gespeend van de merrie. Doordat het spenen van het veulen als stressvol kan worden ervaren is het van belang om het gewicht en de groei van het lichaam te monitoren. Wegens stress kan het gewicht van het veulen te snel afnemen en daardoor de groei beïnvloeden 6. Onderzoek toont aan dat het introduceren van krachtvoer maar ook ruwvoer vóór het spenen voor minder stress zorgt tijdens het spenen 11. Door minder stress tijdens het spenen en omdat het veulen gewend is aan het voer wat na het spenen wordt gegeven, neemt het lichaamsgewicht minder snel af. Na het spenen is de voeding van het veulen gebaseerd op kwalitatief ruwvoer en krachtvoer om het veulen te voorzien van de nutriënten die van belang zijn voor de verdere groei en ontwikkeling van het lichaam 12.
De volwassen grootte van het paard wordt bereikt tussen de 5 en 7 jaar. Voeding heeft voornamelijk gedurende de eerste twee jaar invloed op de groei en ontwikkeling van het lichaam 6. Daarom is het van belang om regelmatig te controleren of de nutriënt behoeften van het jonge paard overeen komen met de beschikbare nutriënten vanuit de voeding. Wanneer dit niet overeen komt is het advies om het rantsoen aan te passen aan de hand van de behoeften van het paard. Kortom, een passend dieet ter ondersteuning van de groei en ontwikkeling van het lichaam van het veulen optimaliseert het welzijn en de prestaties van het volwassen paard.
Referenties
1. Hunka, M. M., Cordeiro Manso, H. E. C. da C., Bernardo, R. B., da Silva, E. R. R., Ferreira, L. M. C., & Manso Filho, H. C. (2014). Development and Body Composition of Quarter Horse Foals during Nursing. Open Journal of Veterinary Medicine, 4(11): 277-280.
2. Glade, M. J., & Belling, T. H. (1984). Growth plate cartilage metabolism, morphology and biochemical composition in over- and underfed horses. Growth, 48(4): 473-482.
3. Becvarova, I., & Buechner-Maxwell, V. (2012). Feeding the foal for immediate and long-term health. Equine Veterinary Journal, 44(41): 149-156.
4. Kinsella, H. M., Hostnik, L. D., & Toribio, R. E. (2022). Energy endocrine physiology, pathophysiology, and nutrition of the foal. Journal of the American Veterinary Medical Association, 260(3): 83-93.
5. Buechner-Maxwell, V. A. (2005). Nutritional support for neonatal foals. Veterinary Clinics of North America - Equine Practice, 21(2): 487-510.
6. Staniar, W. B. (2013). Chapter 12 - Feeding the growing horse. In Geor, R.J., Harris, P.A., & Coenen, M., (Eds.).
Equine Applied and Clinical Nutrition. Saunders Elsevier: China.
7. Crowell-Davis, S. L., Houpt, K. A., & Carnevale, J. (1985). Feeding and drinking behavior of mares and foals with free access to pasture and water. Journal of Animal Science, 60(4): 883-889.
8. Faubladier, C., Julliand, V., Danel, J., & Philippeau, C. (2013). Bacterial carbohydrate-degrading capacity in foal faeces: Changes from birth to pre-weaning and the impact of maternal supplementation with fermented feed products. British Journal of Nutrition, 110(6): 1040-1052.
9. Grace, N. D., Pearce, S. G., Firth, E. C., & Fennessy, P. F. (1999). Concentrations of macro- and micro-elements in the milk of pasture-fed Thoroughbred mares. Australian Veterinary Journal, 77(3): 177-180
10. Staniar, W. B. (2010). Linking dietary energy and skeletal development in the horse. Revista Brasileira de Zootecnia, 39: 138-144.
11. Hoffman, R. M., Kronfeld, D. S., Holland, J. L., & Greiwe-Crandell, K. M. (1995). Preweaning diet and stall weaning method influences on stress response in foals. Journal of Animal Science, 73(10): 2922-2930.
12. Ralston, S. L. (1997). Feeding the rapidly growing foal. Journal of Equine Veterinary Science, 17(12): 634-636.
Comments